Reacties

  • Roekie: Mooie beelden, foute muziek...
  • petra van der geest: Prachtig Bea, zoals al je foto's. Ik kom zeker kijken bij je...
  • Carel: Dank voor het toezenden van je link en de prachtige foto's!
  • Carel: Je gele libel is een Orthemis sp.(vrouwtje), de rode een Tra...
  • Anna: Hallo Bea, prachtige foto's!! heb het idee dat ik een beetje...

Vogels

Een van de meest voorkomende plaatselijke vogels is het piepkleine Geelbuikje (‘barika hel’), dat ervan houdt binnenshuis strooptochten te houden, op zoek naar voedsel en een goede plaats om te nestelen.

De speelse grijze, tropische spotvogel (‘chuchubi’) is niet alleen algemeen bekend om zijn doordringende roep – naar men zegt om nieuws te brengen of bezoekers aan te kondigen – maar ook vanwege zijn melodieuze liedjes. Vanwege de bemoeizieke aard van de spotvogel, is ‘chuchubi’ het woord dat men op het eiland gebruikt als men het over een roddel heeft.

Curaçao heeft ook twee soorten piepkleine, kleurrijke kolibries (‘blenchi’) die snel heen en weer vliegen tussen bloeiende struiken.

Een aantal duivensoorten (‘totolika’, ‘buladeifi’, ‘ala duru’ en ‘palomba’) blijven dicht bij de grond; veel zijn met gemak te lokken als je je hand uitsteekt.

De blauwduif heeft een kenmerkende zwarte cirkel rond zijn ogen.

De koningen onder de vogels in de vrije natuur zijn de hoogvliegende valken (‘kinikini’ en ‘warawara’), die hun Papiamentse namen ontlenen aan hun onderscheidende roep, en de prachtige havik (‘falki’).
Je zult er wellicht één zien die prachtig hoog in de lucht vliegt en majestueus neerstrijkt boven op een torenhoge pilaarcactus, of misschien wat minder elegant door het kreupelhout waggelt.

De zoutpannen bij Jan Kok zijn een thuis voor de kleine flamingokolonie van Curaçao, die in het midden van de jaren tachtig, tijdens een jaar met zeer veel regenval, uit Bonaire overgekomen is. Soms verzamelen ze zich bij tientallen in de ondiepe wateren, vrij dicht bij de weg. Aangezien de flamingo een beschermde diersoort is, wordt je verzocht op afstand te blijven.
Het Christoffelpark is een uitstekende plaats om de vele vogels, die in de vrije natuur van het eiland wonen, te zien. Zoek naar de nationale vogel, de grote geelborsttroepiaal (‘trupial’), en zijn oranjeborstige neef, die naar men zegt voorbode is van goed nieuws als hij zijn heldere melodieuze liedje zingt terwijl hij naar het oosten kijkt.

Troepialen houden ervan om op lange pilaarcactussen neer te strijken; de kenmerkende, flesvormige nesten van de gele troepiaal bungelen aan grote bomen. Misschien ontdekt u een zwerm kwebbelende groene en gele parkieten (‘prikichi’), één van de twee vogelsoorten die uniek voor Curaçao zijn. Parkieten doen zich graag te goed aan landbouwgewassen en zijn daarom een last voor de plaatselijke boeren.

Zoek langs de oever naar opgewekt bruine en witte strandlopers (snepi) en langpotige gespikkelde regenwulpen die langs de vloedlijn schieten. Lachmeeuwen (meuchi) met hun zwartgetipte vleugels, en de bruine jan-van-gent (bubi) maken hun nesten in grotten, bergspleten en richels boven de rotsachtige oevers van veel strandbaaien. Met een beetje geluk zie je een langgebekte pelikaan op zoek naar eten.

De prachtige, gitzwarte fregatvogel (makuaku), met zijn roomwitte borst en brede spanwijdte, is een bekend beeld – niet alleen op het strand, maar ook rond de haven, waar hij zich met lekkere vishapjes van de drijvende markt voedt. ‘s Nachts slapen de meeste fregatvogels in de mangroven van een klein eilandje in de Sint Jorisbaai aan de noordoostkust.

Eveneens uniek voor het eiland is de sneeuwwitte, nachtelijke kerkuil (‘palabrua’). Deze bedreigde diersoort is vanouds een bewoner van de kalksteengrotten op het eiland, waar hij zich voedt met vleermuizen en kleine knaagdieren; naar het schijnt zijn er nog maar vijftig

Als je echt vogels wilt observeren, ga dan in de schemering naar een mangrove- of zoutmoeras (saliña), waar veel watervogels zich verzamelen om te slapen. Hoewel de stedelijke ontwikkeling snel oprukt in de richting van dit fragiele ecosysteem, kun je nog steeds mangroven vinden dichtbij Piscadera, Santa Martha en Santa Cruz aan de westkant en bij de Sint Jorisbaai aan de oostkant aan het eiland. Er zijn zoutmoerassen bij Jan Kok, Boka St. Michiel en Kenepa.
Let op de langbenige, geelgekroonde nachtreiger (krabèchi), de groene reiger (galiña di awa) of een van de meerdere soorten lang potige zilverreigers die sierlijk door de moerassige wateren lopen. Let ook eens op plevieren (lopi) en de zwartgevleugelde steltkluut, een witte vogel met zwarte vleugels en nek, en dikke roze poten.

Bekijk de foto’s van de vogels op Curacao